Een jonge koe leefde op een boerderij.

A young cow lived on a farm.

Ze was sterk en vol energie.

She was strong and full of energy.

Elke dag rende zij over het veld en speelde in de zon.

Every day, she ran around the field and played in the sun.

Ze voelde zich heel gelukkig en vrij.

She felt very happy and free.

Een oude os leefde op dezelfde boerderij.

An old ox lived on the same farm.

Hij werkte elke dag hard.

He worked hard every day.

De boer liet hem zware dingen trekken en de velden ploegen.

The farmer made him pull heavy things and plow the fields.

De os zag er moe en verdrietig uit.

The ox looked tired and sad.

De jonge koe lachte de oude os uit.

The young cow laughed at the old ox.

"Kijk naar mij!"

"Look at me!"

zei ze.

she said.

"Ik ben vrij en gelukkig."

"I am free and happy."

"Je werkt de hele dag als een slaaf."

"You work all day like a slave."

"Ik ben zoveel beter dan jij!"

"I am so much better than you!"

De oude os zei niets.

The old ox said nothing.

Hij keek haar alleen maar aan met droevige ogen en bleef doorwerken.

He just looked at her with sad eyes and kept working.

Op een dag was er een groot festival in de stad.

One day, there was a big festival in the town.

De boer had vlees nodig voor de viering.

The farmer needed meat for the celebration.

Hij keek naar zijn dieren en koos de jonge koe.

He looked at his animals and chose the young cow.

Ze was vet en gezond.

She was fat and healthy.

De boer nam de jonge koe mee.

The farmer took the young cow away.

Nu begreep ze waarom de oude os verdrietig was.

Now she understood why the old ox was sad.

De os moest hard werken, maar hij mocht leven.

The ox had to work hard, but he got to live.

De koe was vrij en gelukkig, maar slechts voor korte tijd.

The cow was free and happy, but only for a short time.

De oude os keek haar na.

The old ox watched her go.

Hij had medelijden met de jonge koe, maar hij was niet verrast.

He felt sorry for the young cow, but he was not surprised.