Ik ben een magische spiegel aan de wand.

I am a magic mirror on the wall.

Ik zie alles in dit huis.

I see everything in this house.

De familie Hurd woont hier.

The Hurd family lives here.

Er zijn mama, papa, en drie kinderen - Tom, Sue, en baby Ben. Elke ochtend kijk ik hoe ze zich klaarmaken.

There is Mom, Dad, and three children - Tom, Sue, and baby Ben. Every morning, I watch them get ready.

Mama kijkt in mij om haar haar te borstelen.

Mom looks in me to brush her hair.

Papa controleert zijn das.

Dad checks his tie.

De kinderen trekken gekke gezichten naar me. Maar vandaag is anders.

The children make funny faces at me. But today is different.

Vandaag zijn ze allemaal ziek!

Today they are all sick!

Tom heeft rode vlekken op zijn gezicht.

Tom has red spots on his face.

"Mama, ik voel me warm!"

"Mom, I feel hot!"

zegt hij.

he says.

Sue heeft een loopneus.

Sue has a runny nose.

Hatsjoe!

"Achoo!"

"Hatsjoe!"

"Achoo!"

Ze niest.

she sneezes.

Baby Ben huilt en huilt.

Baby Ben cries and cries.

Zijn wangen zijn rood.

His cheeks are red.

Mama voelt zich moe.

Mom feels tired.

Ze gaat op het bed zitten.

She sits on the bed.

"O nee,"

"Oh no,"

zegt ze.

she says.

"We zijn allemaal ziek."

"We are all sick."

Papa belt de dokter.

Dad calls the doctor.

"Hallo, dokter Smith?"

"Hello, Doctor Smith?"

"We hebben hulp nodig."

"We need help."

"Mijn hele familie is ziek."

"My whole family is sick."

De dokter komt naar het huis.

The doctor comes to the house.

Ik kijk toe hoe hij iedereen onderzoekt.

I watch him check everyone.

Hij kijkt naar Tom's vlekken

He looks at Tom's spots

Hij luistert naar Sue's hoest

'He listens to Sue's cough

Hij voelt baby Ben's hoofd.

He feels baby Ben's head.

"Jullie hebben allemaal dezelfde verkoudheid,"

"You all have the same cold,"

zegt de dokter.

says the doctor.

"Blijf thuis."

"Stay home."

"Drink water."

"Drink water."

"Rust in bed."

"Rest in bed."

Drie dagen lang is het huis heel stil.

For three days, the house is very quiet.

Iedereen slaapt.

Everyone sleeps.

Mama maakt soep.

Mom makes soup.

Papa leest verhalen.

Dad reads stories.

De kinderen kijken televisie. Ik mis hun vrolijke gezichten en luide stemmen.

The children watch TV. I miss their happy faces and loud voices.

Op dag vier springt Tom op.

On day four, Tom jumps up.

"Ik voel me beter!"

"I feel better!"

roept hij uit.

he shouts.

Sue stopt met niezen.

Sue stops sneezing.

Baby Ben lacht en speelt.

Baby Ben laughs and plays.

Al snel is iedereen weer gezond.

Soon, everyone is healthy again.

Ze dansen voor me.

They dance in front of me.

Ik ben zo blij om hen te zien glimlachen.

I am so happy to see them smile.

De familie Hurd is samen sterk, zelfs wanneer zij ziek zijn.

The Hurd family is strong together, even when they are sick.