Een man kwam naar het bos met een oude, kapotte bijl.

A man came to the forest with an old, broken axe.

Hij kon er geen bomen mee omhakken. De man vroeg de bomen om hulp.

He could not cut any trees with it. The man asked the trees for help.

"Geef me alstublieft een klein stukje hout,"

"Please give me a small piece of wood,"

zei hij.

he said.

"Ik moet een nieuw handvat voor mijn bijl maken."

"I need to make a new handle for my axe."

De bomen hadden medelijden met de man.

The trees felt sorry for the man.

Ze spraken samen en besloten hem te helpen.

They talked together and decided to help him.

Ze gaven hem een sterk stuk hout.

They gave him a strong piece of wood.

De man maakte een nieuw handvat voor zijn bijl.

The man made a new handle for his axe.

Nu was zijn bijl heel scherp en sterk.

Now his axe was very sharp and strong.

Maar toen begon de man de bomen om te hakken.

But then the man began to cut down the trees.

Hij kapte veel bomen in het bos.

He cut down many trees in the forest.

De oude bomen waren zeer bedroefd.

The old trees were very sad.

Ze zeiden tegen elkaar,

They said to each other,

"We hebben een grote fout gemaakt."

"We made a big mistake."

"We hielpen hem zijn bijl te repareren."

"We helped him fix his axe."

Nu gebruikt hij die om ons te vernietigen.

"Now he is using it to destroy us."

"Wij gaven hem de macht om ons pijn te doen."

"We gave him the power to hurt us."

De man kapte steeds meer bomen om.

The man cut down more and more trees.

De bomen konden niets doen om hem tegen te houden.

The trees could do nothing to stop him.