Anansi en de Lachmedicijn
Lang geleden was er een spin genaamd Anansi.
Long ago, there was a spider named Anansi.
Hij was heel slim maar ook heel listig.
He was very clever but also very tricky.
Op een dag waren alle dieren in het bos heel verdrietig.
One day, all the animals in the forest were very sad.
Ze glimlachten niet.
They did not smile.
Ze lachten niet.
They did not laugh.
Het woud was stil en donker.
The forest was quiet and dark.
Anansi zag dit en dacht,
Anansi saw this and thought,
"Ik moet hen helpen om zich weer gelukkig te voelen."
"I must help them feel happy again."
Hij hoorde over bijzondere medicijnen die mensen konden doen lachen.
He heard about special medicine that could make people laugh.
Deze medicijn bevond zich ver weg op de top van een hoge berg.
This medicine was far away on top of a tall mountain.
De berg was gevaarlijk en moeilijk te beklimmen.
The mountain was dangerous and hard to climb.
Anansi besloot deze medicijn te halen.
Anansi decided to get this medicine.
Hij pakte zijn tas en begon te lopen.
He packed his bag and started walking.
Hij liep vele dagen lang.
He walked for many days.
De weg was lang en zwaar.
The road was long and difficult.
Eindelijk bereikte Anansi de berg.
Finally, Anansi reached the mountain.
Hij klom hoger en hoger.
He climbed up and up.
Zijn benen waren moe.
His legs were tired.
Zijn handen deden pijn.
His hands hurt.
Maar hij stopte niet.
But he did not stop.
Op de top van de berg vond Anansi een klein flesje.
At the top of the mountain, Anansi found a small bottle.
In de fles zat een gouden vloeistof.
Inside the bottle was golden liquid.
Dit was het lachmedicijn.
This was the laughter medicine.
Anansi was heel blij.
Anansi was very happy.
Hij stopte de fles in zijn tas en begon de berg af te dalen.
He put the bottle in his bag and started to go down the mountain.
Maar Anansi had een slecht idee.
But Anansi had a bad idea.
Hij dacht,
He thought,
"Misschien moet ik dit medicijn voor mezelf houden."
"Maybe I should keep this medicine for myself."
Dan zal alleen ik gelukkig zijn.
"Then only I will be happy."
Terwijl hij naar beneden liep, opende Anansi de fles.
As he walked down, Anansi opened the bottle.
Hij dronk een beetje van de medicijn.
He drank a little bit of the medicine.
Hij begon te lachen en te lachen.
He started to laugh and laugh.
Maar toen gebeurde er iets vreemds.
But then something strange happened.
Hoe meer Anansi alleen lachte, hoe minder gelukkig hij zich voelde.
The more Anansi laughed alone, the less happy he felt.
De medicijn werkte niet goed wanneer hij egoïstisch was.
The medicine did not work well when he was selfish.
Anansi besefte zijn fout.
Anansi realized his mistake.
Hij rende zo snel als hij kon terug naar het bos.
He ran back to the forest as fast as he could.
Toen hij thuiskwam, deelde hij de medicijn met alle dieren.
When he got home, he shared the medicine with all the animals.
Hij gaf wat aan het konijn, de vogel, de aap, en alle anderen.
He gave some to the rabbit, the bird, the monkey, and all the others.
Al snel lachten ze allemaal samen.
Soon, everyone was laughing together.
Het bos was weer vol van vrolijke geluiden.
The forest was full of happy sounds again.
Anansi leerde dat geluk mooier is wanneer je het met anderen deelt.
Anansi learned that happiness is better when you share it with others.
Hij voelde zich voor het eerst werkelijk gelukkig.
He felt truly happy for the first time.
Vanaf die dag deelde Anansi altijd goede dingen met zijn vrienden.
From that day on, Anansi always shared good things with his friends.
En het bos was altijd vol gelach.
And the forest was always full of laughter.